Over roze pakjes, diarree en een oude baas - Reisverslag uit Masaka, Oeganda van Maarten Kommer - WaarBenJij.nu Over roze pakjes, diarree en een oude baas - Reisverslag uit Masaka, Oeganda van Maarten Kommer - WaarBenJij.nu

Over roze pakjes, diarree en een oude baas

Blijf op de hoogte en volg Maarten

22 Juli 2015 | Oeganda, Masaka

Deze blog is zodat jullie, trouwe lezers, een beeld krijgen van mijn tijd hier. Om mijn geheugen op te frissen, pak ik mijn dagboek erbij. Ja, ik houd een dagboek bij. Later, vooral véél later, heel leuk om terug te lezen. Nu soms meer een pijn om überhaupt bij te houden. Goed, laat ik dus eens even terug bladeren, om te zien wat er allemaal gebeurd is met mij in de afgelopen weken.

Twee weken terug was de kinderafdeling. Samengevat: malaria everywhere. Jonge kindjes die, soms met convulsies, soms met diepe anaemie (te weinig rode bloedcellen), soms beide, binnen komen, een goed kuurtje krijgen tegen de malariaparasiet (mooi galgje woord), en dan weer naar huis gaan. Veel voorkomende comorbiditeit: ondervoeding, oftewel, hongerbuikjes. Lang niet alle kinderen hoor, maar toch vrij regelmatig te zien. En dat gaat hier niet echt veranderen. Ook niet tijdens opname. Want ja, de familie zorgt voor hen tijdens hun opname, niet de verpleegkundigen, als het gaat om kleren wassen, eten. Dr Moses, een oude baas, heeft zijn mooie routine. Hij gaat visite lopen, met een horde nurses / nurse trainees om zich heen. De ene heeft de ‘patient chart’, de ander een desinfectans, de derde een houten bordje waar de papieren ‘chart’ op gaat, de vierde een lijst met de huidige medicatie en wat reeds gegeven is. En dan zijn er nog een paar. De routine gaat als volgt: de dokter vraagt aan de moeder van de patient hoe het gaat. In Luganda, alles. De vrouw antwoord (nauwelijks vaders gezien hier in het ziekenhuis). De dokter kijkt naar het kind. Kijkt naar bleekheid bij het ooglid. Luistert naar de longetjes. Kijkt naar de ‘patient chart’. Óf het kind gaat naar huis (fever is DOWN, chest is OK, child is BETTER, hoofdletters voor nadruk), óf het kind moet nog langer behandeling. Iemand geeft een ontslagbriefje. De dokter krabbelt iets op in de status, houdt de status in zijn hand, een nurse trainee pakt die van hem af, nummertje 2 geeft hem wat desinfectans op zijn hand, en hij loopt naar de volgende patiënt. Weinig uitleg. Ook aan verpleegkundigen weinig uitleg. Bij een van de eerste patiënten richtte hij zich tot mij, na met de moeder van patiënt gesproken te hebben. “Now, this child has severe malaria”, zei hij, terwijl hij zijn hoofd mijn kant op draaide en anders rustige ogen zich wijd open sperden en zijn voorhoofd wat rimpelde. Prachtig. Als ik Afrikaanse kindjes mee zou willen nemen, dan toch zeker ook deze oude baas.

Afgelopen week was de female ward aan de beurt, onder de bezielde leiding van dr. Joseph Kasekende. Hij is ‘general practitioner’, dus huisarts, maar werkt hier op een ziekenhuisafdeling. Toch wat anders dan in Nederland, verrassend genoeg. Maar, ik vind hem een zeer bekwaam arts. Hij stelt goede vragen aan de verpleegkundigen (in opleiding), ook aan de andere Oegandese coassistenten die af en toe mee doen, hij is in voor een grapje en heeft empathie. Vergeleken met dr. Moses legt hij meer uit. Hij lijkt ook echt bewogen met de patiënten, die qua ziektebeelden overigens zeer vergelijkbare aandoeningen hebben. Zo was er nieuw gediagnosticeerde diabetes, urineweginfecties, een jong meisje met een conversiestoornis (waar mijn eerste gedachte was dat er een epileptische aanval aan de gang was), parkinsonisme bij beginnende MS, hypertensie, en ga zo maar door. Aangezien ik zelf huisarts wil worden was dit heel interessant.

Om het plaatje nog completer te maken: beeld je een grote ruimte in met een stuk of 20 bedden, een tweetal verkleedhekjes op wieltjes die naar elke nieuwe patiënt worden gesleept om het bed af te schermen i.v.m. privacy, een horde van in totaal vaak wel 10 man, waarvan de verpleegkundigen (in opleiding) allemaal een roze overhemd (m) of roze pakje (v) aanhebben. De verpleegkundigen in opleiding staan er altijd een beetje schaapachtig bij, niemand voelt zich geroepen vragen van de dokter te beantwoorden, ze doen het overkomen alsof ze echt niks weten, terwijl dat waarschijnlijk niet zo is. De knielende patiënten heb ik op de vrouwenafdeling nauwelijks gezien, op de kinderafdeling nog wel regelmatig. Misschien omdat dokter Moses zo’n oude baas is, waarbij de cultuurbelletjes wat extra gaan rinkelen.

Ik ontmoette anderhalve week geleden Teresa, een ‘radiographer’ uit Engeland. Zij was hier twee weken om het röntgenapparaat, welke vervangen was, in te stellen en operationeel te krijgen. Leuk om een nieuwe Mzungu te zien hier. Ik heb haar van haar aangeprate boda-angst afgeholpen door haar mee te nemen, op de boda van Godfrey, mijn favoriete ‘driver’, naar Masaka. Ze vond het mooi. Teresa wilde wel mee naar de kerk, waar ik van plan was naar toe te gaan. De Pentecostal Church Masaka. Een massief gebouw, nog niet af. Verschil met de alledaagse bevolking: de kleding. Duidelijk dat de meeste kerkgangers relatief welvarend waren. Blij was ik dat wij een uur nadat de dienst begonnen was, pas binnen kwam. We hebben er alsnog 1 uur 40 minuten gezeten. Er was geen dominee, dus heeft een van de worshipleiders, zoals dat heet, wat verteld. Teresa vertelde mij dat iemand haar had verteld dat Oegandezen ook kerkelijk gezind zijn vanwege het vermaak. Entertainment. Er gebeurt tenslotte wel iets in Afrikaanse kerkdiensten. Al is het alleen al door hun geloofsbeleving. Zeer expressief. Zo ook de worshipleider. Op een gegeven moment was hij alleen nog maar ‘random’ kreten aan het slaken om het aanbiddingsgedeelte te verlengen. Dat gevoel kreeg ik in ieder geval. Maar ach, ik weet te weinig van deze cultuur / context om het te kunnen beoordelen. Interessant vind ik dat het geloven in God hier vrijwel altijd gecombineerd wordt met het halen of krijgen van succes. God zorgt ervoor dat we een succesvol leven leiden. Af en toe bekruipt het ‘welvaartsevangelie-gevoel’ me een beetje, dat wil zeggen, als je in God gelooft krijg je een Ferrari en een Rolex horloge. Ik geloof daar niet in; wel dat God voor je zorgt en je geeft wat je nodig hebt, zoals een vader / moeder voor zijn haar kind zorgt (idealiter).
Ook bij de Praise & Worship van de verpleegkundigen / verloskundigen (in opleiding) is het gespreksonderwerp vaak succes. Ik denk dat er een soort schema bestaat, want elke week staat er een ander die een kort Bijbelgedeelte voorleest en dan daarover ‘preekt’. De leider, een kerel met een lage stem om jaloers op te worden, bewonderde mij nog om mijn toewijding, aangezien ik niet echt Luganda spreek.

Inmiddels zijn er ook studenten uit Bristol gearriveerd hier. Het blijkt een hele groep te zijn die in hun curriculum een korte data-analyse moeten doen. Dus, geen ‘normaal’ coschap, maar wat gegevens verzamelen en daar een kort verslag over schrijven. Hartstikke leuk voor ze, lekker met een grote groep in een ver land in een vreemd ziekenhuis. Maar toch ben ik blij met mijn coschap. ‘Of ik Luganda sprak’, toen ik de chauffeur bedankte voor de reis en hem een fijne avond wenste, de spaarzame woorden Luganda die ik wel spreek. Maar zij kunnen ook gewoon hun moedertaal spreken, en komen daar een heel eind mee. Voordeel is dat ik met deze studenten her en der mee kan doen, zoals een keertje uit eten, een keertje bij de school op het ziekenhuisterrein op bezoek. Ja, er staat ook een basisschool. De helft van deze Bristol studenten zitten hier, de andere helft zit bij Kitovu Hospital. Het blijkt dat daar twee Nederlandse co’s uit Groningen zijn gearriveerd, die mij wel wilden spreken. Begrijpelijk. Ik ben niet alleen een hartstikke leuke jongen, maar ik heb ook nog eens wat ervaring opgedaan hier. Dat mag ik toch wel zeggen nu. En zij, tsja, nog niet. Ik weet nog dat ik op een zondagmiddag in een matatu in Mateete, Ssembabule, aankwam. Aangestaard door iedereen. Met enorme backpack en een rugzak op mijn buik. Verloren in een klein dorpje. Een dokter die vriendelijk doch afstandelijk en zakelijk was. Een coschap wat ik in mijn eentje in zo’n dorpje niet zag zitten. Hoe ik behoefte had aan andere geneeskunde-Mzungu’s om ervaring te delen. Dus, ik begrijp deze co’s wel.

Afgelopen donderdag op vrijdag reizigersdiarree episode #2. Gelukkig duurde die minder lang. Ten minste, dat dacht ik. Ik voelde me vrijdag een vaatdoek, zo slap, maar zaterdag voelde ik me goed genoeg om naar Kampala te gaan met Emma. Ik had gehoopt het weekend ervoor al te gaan, maar helaas, hij kon niet. De werkelijke reden: hij had geen geld. Maar dat durfde hij pas later te zeggen. Nu was dit afgelopen weekend ook; geen geld voor het verblijf. Maar dat was geen probleem zei ik; het ging omgerekend om 10 euro… Daar kwam bij dat Jennifer, een vrijwilligster uit USA, op maandag terugkwam uit USA. Emma ging haar opwachten. Want Emma heeft stiekem een relatie met haar, soort van. Goed, wij konden met de minibus naar Kampala. Daar voelde Emma zich thuis, veel meer dan hier in Masaka / Nyendo. We struinden wat door Kampala, hij liet me wat plekjes zien, en uiteindelijk landden we in een hostel waar we ook goed konden eten. Hij bleef bij een broer van hem slapen, maar we zouden elkaar de volgende dag om 10:00u zien. Helaas. Geen Emma om 10:00. Om 10:30 ook niet. Het is me nu vaker overkomen, dus ik maakte me er niet druk om, en ben zelf door Kampala gaan struinen. Het hostel is vlak bij een winkelcentrum (overigens iets voor de rijke inwoners van Oeganda), het winkelcentrum waar ik steeds naar vervoerd werd vanuit mijn eerste hostel in Kampala (Red Chilli Hideaway). Dus, vertrouwde omgeving. Zo voelde het wandelen door Kampala ook. Vertrouwd. Tot ik naast dit vertrouwde gevoel iets anders voelde; mijn maag. De volgende twee uur bleef ik een boekje lezen bij het hostel, in de hoop dat mijn maag rustiger zou worden. Helaas. Emma was niet te bereiken telefonisch, maar hij zou zich wel redden, dus ik besloot alleen terug te gaan naar Masaka. Dat ik niet in de bus heb overgegeven, mag een wonder heten. Trots op mijzelf dat ik in mijn eentje naar Masaka terug was gereisd, kwam ik net voor het donker (19:15) aan bij Villa Maria.

In ander nieuws werd ik tijdens een hardloopsessie opgeschrikt door Vervet-aapjes, schuchtere beestjes van 30-40cm met een zwart gezicht, die zich te goed deden aan besjes in een grote struik naast de weg, vliegen er af en toe vogeltjes mijn huisje binnen, heb ik voor het eerst sinds mijn eerste dag in Oeganda weer een hagedis-achtig beest met blauwe kop gezien, snap ik nu waar het woord wespentaille vandaan komt, ben ik een basisschool tegengekomen voor dove- / slechthorende kinderen (waar ik met Annelotte een bezoekje wil brengen), renden allemaal Oegandese kindertjes een stukje met mij mee tijdens hardlopen, heeft Kampala een soort graftombe waar alle koningen van het Baganda Kingdom (grootste stam van Oeganda) liggen begraven, waar je bij bezoek in traditionele kledij de tombe pas mag betreden, gaat het regelen van een tripje langs het noordoosten van Oeganda met Annelotte voorspoedig, en überhaupt, ga ik Annelotte snel zien hier.

Het leven hier voelt vertrouwd na zo’n tijd. Niet per se dat ik hier wil blijven wonen (hoewel het klimaat fan-tas-tisch is). Maar na een langere periode ben je gewend aan het reilen en zeilen, aan alles wat anders is. Je kijkt niet meer (vreemd) op als overal boda drivers je roepen, toeteren of fluiten om te kijken of ze je mogen vervoeren. Je kijkt niet meer vreemd op als een patiënt iets niet kan betalen. Je kijkt niet meer vreemd op als iedereen de (angst van een) jonge vrouw volledig negeert, terwijl haar buik wordt ontsmet voordat ze een keizersnee zal ondergaan. Je kijkt niet meer vreemd op als je een kind hoort schreeuwen, er daarna achter komend dat het een geit is, die overal langs de weg te vinden zijn, door hun eigenaars vastgebonden zodat ze niet weg kunnen lopen.

Mijn laatste week coschap. Ooit.


  • 22 Juli 2015 - 16:51

    Ankie.:

    Weer heel bijzonder om te lezen. Door je co-schap maak je veel meer mee van Afrika dan wanneer je alleen op vakantie bent. Je laatste week als co ..... geniet er nog een paar dagen van en sterkte met het afmaken van je verslagen. En...maak genoeg foto's...je kunt het niet overdoen. Big hug!@@

  • 22 Juli 2015 - 20:23

    C. Van Hekezen:

    Dag Maarten, ik ben altijd blij iets van je te lezen. De tijd begint op te schieten. Ik zal toch wel blij zijn als je weer in Nederland bent. Natuurlijk weet ik, dat we overal bewaard moeten worden en dat God onze tijd bepaalt.. maar toch.. Doe voorzichtig, je hebt je eigen verantwoordelijkheid.
    Met mij gaat het wel goed, alleen is mijn rijbewijs nog niet verlengd. Het CBR wil nog een opinie van een longarts i.v.m. het slaapapneu. We hopen er het beste van.
    Gods zegen.
    Oma.

  • 22 Juli 2015 - 20:50

    Karin Mulder:

    Ha Maarten,

    Ik zag je weblog langskomen op fb en kon het niet laten om deze even te lezen.
    Gaaf dat je in Oeganda bent en heerlijk om je verhaal te lezen!:)
    Geniet van je tijd daar als Mzungu en laat je verrassen door de cultuur en de mensen.
    Ik wens je Gods zegen toe.

    Groetjes,
    Karin

  • 22 Juli 2015 - 22:24

    Carolien:

    Hee Maarten,

    Klopt het dat je verhaal niet helemaal af is? De laatste zin die ik zie is: Ook bij de Praise...
    Hoe dan ook: leuk om te lezen. Ik moet toegeven dat ik de helft van de termen niet per se begreep, maar ik hoor Herke in gedachten instemmend knikken of geïnteresseerd hummen. En aangezien hij mijn wederhelft is, lees ik ook een beetje vanuit zijn ogen ;-)

    Nog even! Het is bijna augustus en dan komt Annelotte naar jou toe!
    Heel gaaf... Enjoy en tot snel :)

    Liefs, Carolien

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Maarten

Actief sinds 11 Mei 2015
Verslag gelezen: 409
Totaal aantal bezoekers 5282

Voorgaande reizen:

27 Mei 2015 - 25 Augustus 2015

Oeganda 2015

Landen bezocht: